Werf: Gemeente Werkplaats Publieke Werken

in Amsterdam

Deze pagina geeft bijzonderheden over deze werf. Als u de pagina gelezen hebt kunt u hem sluiten. U komt dan terug op de detailpagina over het schip.

Toelichting

Er ging in de metingen nog al eens iets fout bij het overnemen van de werfnaam: vaak kregen de scheepsmeters de naam van de werf niet te zien maar werd die verteld door de schipper of de eigenaar. De meters schreven op wat ze dachten te horen.
Bovendien was het handschrift van de meters niet altijd even duidelijk, dus bij het digitaliseren van de scheepsgegevens ging ook nog wel eens wat mis. We hebben getracht de naam van de werf te achterhalen zoals die door de werf zelf het vaakst gebruikt werd. In dit geval dus: "Gemeente Werkplaats Publieke Werken".

Algemeen

De werfcode is: =Gemeentewerf-PW-Adam
Desgewenst kunt u alle metingen van schepen van deze werf inzien, onafhankelijk van de spelling die in de metingen voor de werf gebruikt is.

Het adres van de werf was hoek Kostverlorenvaart - Hugo de Grootkade in Amsterdam.  
(De positie op het kaartje is bij benadering.)

Er staan 72 metingen voor deze werf in de database. Daarvan zijn er 52 eerste (of enige) metingen, dus met redelijke zekerheid unieke schepen.

De werf bouwde hoofdzakelijk dekschuiten.

Het eerste bouwjaar (dus niet meetjaar!) dat in de metingen voor de werf vermeld wordt is 1909.

Het laatste bouwjaar dat in de metingen voor de werf vermeld wordt is 1930.

Andere namen voor deze werf

Afgezien van overduidelijke schrijffouten en misinterpretaties komen we in de metingen de volgende namen voor de werf tegen:

Bijzonderheden

Niet te verwarren met het moderne begrip "Gemeentewerf", waarin de plantsoenendienst of gemeentewerken kantoor en werkplaats hebben.

De stad Amsterdam voorzag vanouds in haar eigen behoefte van dekschuiten, baggerbakken enzovoorts. Die zelfvoorziening werd eind 19e eeuw minder, maar onder de SDAP wethouders in het Interbellum (De Miranda, Wibaut en anderen) voorzag de stad weer deels in haar eigen behoefte aan vaartuigen. Zij meenden dat de stad voor de basisinfrastructuur niet afhankelijk mocht zijn van het particulier bedrijfsleven. Bovendien vervulde de gemeentelijke scheepswerf een rol in de werkvoorziening en als sociale werkplaats.

De stads-schuitenmakerswerf lag tot eind 19e eeuw op Oostenburg, bij de monding van de Wittenburgergracht, op het zgn. Wienerterrein. Rond 1900 werd dat terrein verlaten en werd er een "centrale" gemeentewerf ontwikkeld aan de Kostverlorenvaart, hoek Hugo de Grootkade. (Het verzorgingshuis dat daar nu staat heet nog altijd "De Werf".) Het is niet geheel duidelijk of de werf van Voller nog voor de gemeentewerf op de kop van de HdGkade lag (zoals de wervenlijst van Binnenvaarttaal aangeeft) of dat die juist aan de andere kant van de gemeentewerf lag (of ingeklemd zat in de gemeentewerf) zoals de foto's uit 1917 en 1936 suggereren.

De werf bouwde hoofdzakelijk dekschuiten en baggerbakken.

(JS, augustus 2021)

Literatuur en bronnen

Aanvullingen?

Aanvullingen en verbeteringen zijn altijd welkom! E-mail ze naar wervenlijst[at]s2ho.nl
Vervang [at] door een apestaartje (@). Zo krijgen wij beduidend minder spam!