Werf: N.V. Scheepswerf en Machinefabriek 't Hondsbosch

in Alkmaar

Deze pagina geeft bijzonderheden over deze werf. Als u de pagina gelezen hebt kunt u hem sluiten. U komt dan terug op de detailpagina over het schip.

Toelichting

Er ging in de metingen nog al eens iets fout bij het overnemen van de werfnaam: vaak kregen de scheepsmeters de naam van de werf niet te zien maar werd die verteld door de schipper of de eigenaar. De meters schreven op wat ze dachten te horen.
Bovendien was het handschrift van de meters niet altijd even duidelijk, dus bij het digitaliseren van de scheepsgegevens ging ook nog wel eens wat mis. We hebben getracht de naam van de werf te achterhalen zoals die door de werf zelf het vaakst gebruikt werd. In dit geval dus: "N.V. Scheepswerf en Machinefabriek 't Hondsbosch".

Algemeen

De werfcode is: =Hondsbosch-Alkmaar
Desgewenst kunt u alle metingen van schepen van deze werf inzien, onafhankelijk van de spelling die in de metingen voor de werf gebruikt is.

Het adres van de werf was Het Hondsbosch in Alkmaar.  
(De positie op het kaartje is bij benadering.)

Er staan 114 metingen voor deze werf in de database. Daarvan zijn er 65 eerste (of enige) metingen, dus met redelijke zekerheid unieke schepen.

De werf bouwde hoofdzakelijk sleep- en duwboten.

Het eerste bouwjaar (dus niet meetjaar!) dat in de metingen voor de werf vermeld wordt is 1910.

Het laatste bouwjaar dat in de metingen voor de werf vermeld wordt is 1949.

Andere namen voor deze werf

Afgezien van overduidelijke schrijffouten en misinterpretaties komen we in de metingen de volgende namen voor de werf tegen:

Bijzonderheden

Dit is een heel oude werf. Hij lag op een eiland, aan de ene kant grenzend aan Het Veneetse Eiland (thans: Eilandswal) en aan de andere kant grenzend aan de stadswal. De werf was oorspronkelijk als "timmerwerf" in beheer bij het hoogheemraadschap "De Hondsbossche en Duinen tot Petten". De werf werd in 1581 vanaf de Bierkade hoek Verdronkenoord naar deze plaats gebracht. In 1634 droeg het bestuur van de Hondsbossche de werf over aan de stad, die het grootste deel ervan nog hetzelfde jaar verkocht aan de scheepstimmerlieden Jacob Maertsz en Dirck Teunisz.

Fast forward naar 1837, toen Jan Bagge de eigenaar van de werf was. In dat jaar meldde de Alkmaarsche Courant dat Bagge binnenkort het kofschip Alkmaar te water zou laten. "Dit is het eerste zeeschip dat ooit hier ter stede gebouwd is". Tussen 1837 en 1842 bouwde Bagge in totaal zes zeegaande schepen. De zaken gingen goed: van 1834 tot 1846 huurde Bagge tevens een deel van het Veneetse Eiland. De zoon van Jan Bagge, Willem Bagge, nam de werf in 1850 over. Hij probeerde Het Veneetse Eiland op dezelfde voorwaarden als zijn vader te huren, omdat 't Hondsbosch te klein zou zijn om zeeschepen te bouwen. Maar het stadsbestuur besliste na lang wikken en wegen anders. Het Eiland werd (pas) in 1856 verhuurd, en wel aan ene Van Cleef, die beloofde daar tenminste twee zeeschepen te zullen bouwen. Dat werd een grote mislukking, Van Cleef bouwde nog wel één schip maar de andere kwam nooit van de helling. In 1859 kwam het Veneetse Eiland in handen van Gerrit Swerver, die daar de werf "Nicolaas Witsen" stichtte. (Zie: =NicWitsen-Alkmaar). Nog in hetzelfde jaar kocht hij ook de werf 't Hondsbosch voor 5.700 gulden en zo waren beide terreinen toch weer in één hand. Willem Bagge vertrok in 1862 naar Amsterdam.

Maar ook Swerver kon de gecombineerde werven niet rendabel maken. In 1868 kwam het op last van de Alkmaarde arrondissementsrechtbank tot een openbare verkoop van beide werven. Het stadsbestuur greep opnieuw in en kocht beide terreinen samen voor 9.900 gulden. Na enige speculatieve verkopen kwam de werf Nicilaas Witsen uiteindelijk in handen van W.F. Stoel en 't Hondsbosch van Cornelis Bosman.

Cornelis Bosman (1830-1911) was een typische 19e eeuwse entrepreneur. Hij begon als landmeter, werd in 1857 directeur in de zoutziederij van zijn vader en zette in 1864 de rederij Alkmaar Packet op. (Vul in bij de eigenaar "=AlkmaarPacket") Hij kocht de werf 't Hondsbosch in 1870, in eerste instantie als reparatiewerf en nieuwbouwwerf voor de AP. Maaar toen zijn zoon Gerard Jacob Bosman enkele jaren later als "scheepsbouwkundig ingenieur" in het bedrijf kwam ging de werf ook schepen voor derden bouwen. De werf bouwde al spoedig in staal, en liep daarmee voor in Nederland.

Op 17 april 1906 werd de werf omgezet in de "N.V. Scheepswerf en Machinefabriek 't Hondsbosch". Omdat alle metingen van schepen zijn die na die datum gebouwd zijn, is dat de naam die ik gebruik voor de werf. De dagelijkse leiding kwam in handen van de jonste zoon van Bosman, Hendrik Johannes. De werf richtte zich op de fabricage van stoomketels, motorsleepboten, veerboten en, in de jaren dertig, jachten. In de metingen zien we vooral sleepboten terug. Opmerkelijk is dat van alle schepen die volgens de metingen bij de werf gebouwd zijn, er geen een is die als eerste eigenaar de Alkmaar Packet had. UIt de pers blijkt overigens dat de werf in ieder geval in 1902 nog voor de Alkmaar Packet bouwde, maar die rederij liet zijn schepen vóór 1907 niet meten. Nog een voorbeeld: In het Algemeen Handelsblad van 12 oktober 1906 wordt vermeld: "Met het Rijk is door den heer Bosman eene overeenkomst gesloten, inhoudende dat met 1 Juli 1907 een nieuwe stoomvaartdienst tusschen Terschelling, Vlieland en Harlingen in werking zal treden. Op de werf 't „Hondsbosch" te Alkmaar zal daarvoor een speciaal ingerichte raderboot worden gebouwd, ter lengte van 40 Meter, breedte 6 Meter, voortbewogen door eene machine van 300 paardenkracht, gevende aan het schip eene snelheid van minstens elf zeemijlen." Een raderboot! Dit werd de "Minister Kraus" van de AP. Maar ook die is in de metingen niet terug te vinden. De werf werkte dus nog steeds voor de Alkmaar Packet, alleen blijkt dat niet uit de metingen.

Het schijnt dat er weinig geïnvesteerd werd in de werf. Jan Baas spreekt althans van een "verouderde" scheepswerf. Uiteindelijk overleefde de werf de Alkmaar Packet nog nèt: de AP werd in 1950 geliquideerd, de werf 't Hondsbosch in 1951. Het terrein en de opstallen werden gekocht door de Amsterdamse firma E. de Raay, die er een fabriek van papiervulmateriaal vestigde. Rond 1990 is het terrein onteigend en gesaneerd. Thans is het een woonwijk.

(JS, april 2022)

Literatuur en bronnen

Aanvullingen?

Aanvullingen en verbeteringen zijn altijd welkom! E-mail ze naar wervenlijst[at]s2ho.nl
Vervang [at] door een apestaartje (@). Zo krijgen wij beduidend minder spam!