Werf: H. Scholte

in Stadskanaal / Onstwedde

Deze pagina geeft bijzonderheden over deze werf. Als u de pagina gelezen hebt kunt u hem sluiten. U komt dan terug op de detailpagina over het schip.

Toelichting

Er ging in de metingen nog al eens iets fout bij het overnemen van de werfnaam: vaak kregen de scheepsmeters de naam van de werf niet te zien maar werd die verteld door de schipper of de eigenaar. De meters schreven op wat ze dachten te horen.
Bovendien was het handschrift van de meters niet altijd even duidelijk, dus bij het digitaliseren van de scheepsgegevens ging ook nog wel eens wat mis. We hebben getracht de naam van de werf te achterhalen zoals die door de werf zelf het vaakst gebruikt werd. In dit geval dus: "H. Scholte".

Algemeen

De werfcode is: =Scholte-Stadskanaal
Desgewenst kunt u alle metingen van schepen van deze werf inzien, onafhankelijk van de spelling die in de metingen voor de werf gebruikt is.

Het adres van de werf was Semskade in Stadskanaal / Onstwedde.  
(De positie op het kaartje is bij benadering.)

Er staan 3 metingen voor deze werf in de database. Daarvan zijn er 0 eerste (of enige) metingen, dus met redelijke zekerheid unieke schepen.

De werf bouwde hoofdzakelijk binnenschepen.

Het eerste bouwjaar (dus niet meetjaar!) dat in de metingen voor de werf vermeld wordt is 1900.

Het laatste bouwjaar dat in de metingen voor de werf vermeld wordt is 1901.

Andere namen voor deze werf

Afgezien van overduidelijke schrijffouten en misinterpretaties komen we in de metingen de volgende namen voor de werf tegen:

Bijzonderheden

Er is heel weinig terug te vinden over deze werf. Snijder identificeert de eigenaar als Gerardus Scholte (1824 - 1888). Dat is heel goed mogelijk, maar het vreemde is dat de werf pas voor het eerst genoemd wordt in een berichtje in Het Nieuws van den Dag (een Amsterdamse krant, nota bene): "Van de werf van mej[uffrouw] de wed[uwe] Scholten, te Stadskanaal, is een tjalk, groot 142 ton, te water gelaten voor Schipper K. venema, te Wildervank." (Ja, journalisten waren scheutig met komma's in die tijd.) Dat klopt dus met de Scholten die in 1888 gestorven is.

Die weduwe is Antoinette Börger. (Of: Borger, of Borgers, men nam het toen nog niet zo nauw met achternamen.) Weer zo'n geval van een 19e eeuwse weduwe die zich prima staande kan houden. Vrouwen waren officieel handelingesonbekwaam, ze vielen onder de rechtsmacht van hun vader en, als ze eenmaal getrowd waren, hun echtgenoot. Alleen weduwen mochten zelfstandig handelen, en die kans grepen velen met beide handen aan. Denk bijvoorbeeld aan de Weduwe Van Nelle, die van de koffie en de tabak. Of de weduwe C. Boele in Slikkerveer.

Hoe dan ook, de weduwe Scholte bestuurt de werf van 1888 tot 1907. Daarna verkoopt ze hem, of althans, ze zet de machines en de werf afzonderlijk te koop. Dit is interessant, want ze had vier zoons die de werf hadden kunnen voortzetten, maar dat is dus kennelijk niet gebeurd. (en dan praat ik nog niet over de vijf dochters.)

Uit die tijd zijn er drie metingen bekend, alle drie van tjalken. Waarom daarvoor of daarna niet? Waarom omschreven de scheepsmeters de werf als "H. Scholte"? We weten het niet.

(JS, november 2021)

Literatuur en bronnen

Aanvullingen?

Aanvullingen en verbeteringen zijn altijd welkom! E-mail ze naar wervenlijst[at]s2ho.nl
Vervang [at] door een apestaartje (@). Zo krijgen wij beduidend minder spam!