Werf: Gebroeders Grol

in Veendam

Deze pagina geeft bijzonderheden over deze werf. Als u de pagina gelezen hebt kunt u hem sluiten. U komt dan terug op de detailpagina over het schip.

Toelichting

Er ging in de metingen nog al eens iets fout bij het overnemen van de werfnaam: vaak kregen de scheepsmeters de naam van de werf niet te zien maar werd die verteld door de schipper of de eigenaar. De meters schreven op wat ze dachten te horen.
Bovendien was het handschrift van de meters niet altijd even duidelijk, dus bij het digitaliseren van de scheepsgegevens ging ook nog wel eens wat mis. We hebben getracht de naam van de werf te achterhalen zoals die door de werf zelf het vaakst gebruikt werd. In dit geval dus: "Gebroeders Grol".

Algemeen

De werfcode is: =Grol-Veendam
Desgewenst kunt u alle metingen van schepen van deze werf inzien, onafhankelijk van de spelling die in de metingen voor de werf gebruikt is.

Het adres van de werf was Beneden Verlaat 26-28 / Dwarsdiep in Veendam.  
(De positie op het kaartje is bij benadering.)

Er staan 291 metingen voor deze werf in de database. Daarvan zijn er 99 eerste (of enige) metingen, dus met redelijke zekerheid unieke schepen.

De werf bouwde hoofdzakelijk binnenschepen.

Het eerste bouwjaar (dus niet meetjaar!) dat in de metingen voor de werf vermeld wordt is 1907.

Het laatste bouwjaar dat in de metingen voor de werf vermeld wordt is 1954.

Andere namen voor deze werf

Afgezien van overduidelijke schrijffouten en misinterpretaties komen we in de metingen de volgende namen voor de werf tegen:

Deze werf is een vervolg op de werf Fa. Gebr. Grol en Fikkers in Veendam.

Later is de werf overgenomen of opgevolgd door de werf Grol’s Scheepswerven N.V. in Zuidbroek.

Bijzonderheden

Volgens het jubileumboek "100 jaar jubileum Staalservice Zuidbroek" door Rienus Huis is de werf in 1914 opgericht door Wilhelmus Christianus Hendrikus Grol (Willem, 1882-1957) uit Oude Pekela. Na twee jaar kwam zijn broer Harm Wilhelm Grol (Harm, 1878-1959) in de zaak en werd de naam veranderd in, volgens Huis: "Gebr. Grol Werf Werklust". (De meeste scheepsmeters die de naam Werklust gebruiken zetten die naam vooraan.) De ouders van de broers zaten niet in de scheepsbouw, hun vader was boer.

Huis is niet erg nauwkeurig. In werkelijkheid was de werf al in 1913 gehuurd door de "firma Gebr. Grol en Fikkers", een gelegenheidscombinatie die tussen 1913 en 1916 een aantal schepen bouwde en toen weer verdween. De Fikkers in dat verhaal was B.G. Fikkers (Berend, 1890-1976). Waarom de samenwerking beëindigd is, is niet duidelijk. Misschien waren de gebroeders Grol, die een boeren-afkomst hadden, gewoon een paar jaar in de leer bij (overigens enkele jaren jongere) Fikkers, of misschien dat de financiele situatie tijdens Eerste Wereldoorlog roet in het eten gooide. Hoe dan ook, in 1916 werd die firma ontbonden en gaan de gebroeders Willem en Henk samen verder. (Fikkers gaat, óók samen met een broer, verder in Martenshoek, zie =GebrFikkers-Martensh).

Meteen na de ontbinding van de firma Gebr. Grol en Fikkers op 1 april 1916 gaan de gebroeders Grol verder onder een nieuwe naam. In het Nieuwsblad van het Noorden van 16 april 1916 adverteren ze: "Gebr. H. & W. GROL, Scheepsbouwkundigen, Dwarsdiep - Veendam, bouwen in elk verlangd model ijzeren Zeil-en Motorschepen." Overigens geen sprake van de naam Werklust, in die advertentie. Verder is het kennelijk "business as usual": begin juli 1916 wordt het eerste schip van de Gebroeders Grol te water gelaten, een tjalk van 80 ton.

In 1923 trouwt Willem met een meisje Bodewes. Huis merkt droog op: "Dat versterkte wellicht zijn positie als belangrijk scheepsbouwer in de regio."

Opmerkelijk is dat Keuning nog in 1933 de werf Grol & Fikkers noemt. Hij vermeldt ook dat in 1927 de werf 20 arbeiders in dienst had, wat hem tot een middelgrote werf maakte, zeker in de Veenkoloniën.

De scheepsmeters waren notoir slordig met het opschrijven van werfnamen. En een werf die eerst "Gebr. Grol en Fikkers" heet en daarna "Gebr. Grol" is natuurlijk helemaal onduidelijk voor een meter die 20 jaar later een schip uit die periode moet meten. Dus heb ik alle metingen waar alleen maar bij staat "Gebr. Grol", maar met een bouwjaar van vóór 1916, toegekend aan Gebr. Grol en Fikkers. Alles vanaf 1916 staat bij deze werf, dus de Gebroeders Grol.

In september 1916 adverteert de werf nog voor plaatwerkers, klinkers en handlangers. Maar tussen 1917 en 1920 zit er een gat in de metingen, kennelijk is er toen geen nieuwbouw gepleegd. Dat is in lijn met de verwachting: in de tweede helft van de Eerste Wereldoorlog stegen de prijzen van staal en gasolie tot grote hoogte, en de vaart op het buitenland lag stil. Blijkens diverse kleine advertenties overleeft het bedrijf door de handel in tweedehands schepen en scheepsinventarissen. Het eerste schip van na W.O. I is het tweemast motorschoenerschip "Helene" uit 1919, dat was bestemd voor de kustvaart en dus niet in de Liggers staat.

De werf heeft wel goede zaken gedaan na 1920. In het jaaroverzicht van het dagblad Scheepvaart over 1921 staat dat de werf in dat jaar vijf schepen gebouwd heeft. Dit is overigens de eerste keer dat de naam Werklust opduikt: "Scheepsbouwwerf 'Werklust' van de Gebr. Grol, Veendam". Overigens blijven de gebroeders Grol ook in de jaren '20 flink handelen in tweedehands schepen: bijna wekelijks staan er advertenties van de werf in de noordelijke dagbladen. Ze zijn ook niet bang om schepen op speculatie te bouwen. Zo bieden ze in december 1926 aan: "Een gereed liggend nieuw gebouwd mooi model staalijzeren AAKSCHIP [...] groot pl.m. 65 ton, zwaar gebouwd en netjes afgewerkt, met handgeld te aanvaarden. Scheepswerf GEBR. GROL, Veendam".

In het jaaroverzicht van het Dagblad Scheepvaart over de scheepsbouw in 1927 blijkt dat de werf in dat jaar maar liefst 18 schepen heeft gebouwd. Merendeels kleine schepen: aken en bolpramen, maar toch. Overigens verhaspelt de krant de naam van de werf: "Scheepsbouwwerf „Zeldenrust” van GEBR. GROL, Veendam." Een jaar later is de naam wel goed.

De crash van november 1929 treft de werf niet direct: de meeste werven hadden toen nog voldoende orders in portefeuille. De Scheepvaartkroniek over 1931 meldt dat de werf nog 8 schepen heeft opgeleverd. Vijf daarvan zijn lichters voor de Rotterdamse haven, elk zo'n 211 ton groot. Pas in 1932 neemt de nieuwbouw af: slechts twee stevenaken, van 85 en 50 ton. Ook in 1933 slechts twee stevenaken, beide van 86 ton. Daarna gaat het een aantal jaren heel slecht: er is geen enkele meting van een schip gebouwd tussen 1934 en 1936. De handel in tweedehands schepen gaat wel door, maar wat er nou allemaal van die afvertenties ook daadwerkelijk verkocht wordt, laat zich raden. Naast nieuwbouw, reparatie en scheepsmakelaardij biedt de werf vanaf eind jaren dertig ook bolpramen te huur aan.

Vlak voor de Tweede Wereldoorlog trekt het weer wat aan. Maar in de Tweede Wereldoorlog worden er weer geen nieuwe schepen meer gemeten - wat overigens niet zegt dat ze niet gebouwd werden! Opmerkelijk is dat de werf nog in 1942 adverteert voor 2 ijzerwerkers en 2 jongens. Er is dus kennelijk werk in de reparatie.

Na de Tweede Wereldoorlog volgt maar mondjesmaat nieuwbouw. In 1946 wordt opnieuw geadverteerd voor personeel: weer 2 ijzerwerkers en 2 jongens. De werf adverteert nu steeds meer met pramen (van 10 tot 60 ton) voor de verhuur. "Zeer geschikt voor landbouwers en veetelers."
Inmiddels was de volgende generatie Grol volwassen geworden. De zoon van Willem, Hindrik Hermannus Arnoldus Grol (Henk of Hindrik, 1927-2009) treedt in 1946 -- als hij nog minderjarig is -- als beherend vennoot toe tot de firma. Dat vergt een gerechterlijke handlichting, die hij overigens zonder problemen krijgt Volgens Huis neemt Hindrik in 1949 de werf over van zijn vader en zijn oom. Er zijn in die tijd wat juridische akkefietjes, misschien dat hij daarom al zo jong in de directie komt. Volgens Huis zijn dat overigens niet meer dan belastingperikelen. Hindrik ziet in dat, door de schaalvergroting in de scheepvaart en dus in de scheepsbouw, de werf in Veendam niet lang meer levensvatbaar zal zijn. Hij koopt daarom in 1951 een stuk land aan de W.A. Scholtenweg in Zuidbroek en bouwde daar van de grond af aan een nieuwe werf op. Zie (=Grol-Zuidbroek) Daarmee verandert de naam van de werf: niet meer Gebr. Grol, maar "Grol's Scheepswerven N.V." vestiging Veendam en "Grol's Scheepswerven N.V." vestiging Zuidbroek. (Ik kan overigens de oprichtingsacte van de N.V. niet terug vinden.)

De vestiging in Veendam blijft nog produceren tot half 1954, dan wordt hij gesloten.

Een aardig weetje is dat de judoka Henk Grol, die in 2008 en 2012 brons won op de Olympische Spelen (onder meer, naast vele andere prijzen) een achterkleinkind is van Willem Grol, en een kleinkind van Hindrik Grol. Hindrik zelf was overigens een lang niet onverdienstelijk schaatser: net niet aan de top, maar wel vaak in de top-tien bij landelijke wedstrijden, en vaak in de prijzen bij regionale wedstrijden.

(JS, mei 2022)

Literatuur en bronnen

Aanvullingen?

Aanvullingen en verbeteringen zijn altijd welkom! E-mail ze naar wervenlijst[at]s2ho.nl
Vervang [at] door een apestaartje (@). Zo krijgen wij beduidend minder spam!